Hoorde ik over een drummer die zijn drumstel begroef, om het niet mee te moeten zeulen door een heet land zonder schaduwen. Hij nam alleen de drumstokken mee, en vond overal materialen om op te drummen. Bijvoorbeeld in de boemeltrein, waar hij een grote doos zag staan. Hij sloeg er lustig op los. Totdat de eigenaar van de doos boos aangesneld kwam, en in zijn vreemde taal kwade dingen zei. Er bleken eieren in de doos te zitten. De paar eieren die gesneuveld waren vergoedde hij door een lied te zingen, begeleid met de stokken en door een medereiziger met een Spaanse gitaar.
Later had hij een auto kunnen regelen, om het drumstel op te halen, maar kon de begraafplaats niet meer vinden. Een dag lang zocht hij. Toen gaf hij het op. Hij begroef zijn drumstokken op wat hem een goede plek leek. Toen hij begon te graven, stuitte hij al snel op zijn drumstel. Dacht hij. Want welke idioot, net zo idioot als hij was, zou ooit hier in de fokking middle of nowhere een drumstel begraven? Toch bleek het een ander drumstel te zijn. Het was een stuk mooier en van betere kwaliteit dan zijn eigen drumstel.
Het drumstel paste maar net in de geleende auto, zo uitgebreid was het. Toen hij wegreed leek het alsof de auto een drumstel was; het rammelde en galmde en sizzlede aan alle kanten. Het geluid werd steeds krachtiger: medeweggebruikers keken verbaasd om of op. Bij het eerste kruispunt waar hij moest stoppen voor een rood verkeerslicht, kwam er al snel een motoragent naast hem staan. Hij vroeg in opvallend goed Engels of de muziek wat zachter kon. De drummer probeerde uit te leggen dat hij geen muziek had aan staan, maar dat het drumstel dit geluid voortbracht. De motoragent geloofde dit niet, werd enigszins pissig, daarna streng, daarna onverbiddelijk: de muziek uit of de auto werd in beslag genomen. Inmiddels had hij al assistentie opgeroepen, zo bleek.
Na veel heen en weer gepraat, dat overging in duwen en trekken, belandde hij in een gammele politieauto, zijn leenauto werd weggereden door een jonge agente. Hij vond haar knap, en probeerde flirterig te kijken, terwijl ze passeerde en even naar hem keek. Blijkbaar was hij niet alleen zijn drumstel, andermans drumstel en de leenauto kwijt, maar ook zijn weinige sexappeal leek door de allesverzengende hitte vervlogen te zijn.
De politieauto bracht hem naar een al even stoffig politiebureau, waar ook de leenauto weer opdook. Twee agenten haalden hem uit de auto, en namen hem mee naar de leenauto, waar een paar mannen in blauwe, met smeer besmeurde overalls luisterden naar het nog steeds doordrummende drumstel. Eén agent draaide aan de knoppen van de autoradio. Geen effect. Een van de monteurs pakte een tangetje uit zijn overallzak, en kroop tussen de drumstelonderdelen door naar een paneeltje, waarachter de bedrading van de autoradio zichtbaar werd. Hij knipte alle draden door. Geen effect. De mannen tilden toen één voor één alle onderdelen uit de auto. Met het verplaatsen van ieder deel werd het stiller. Toen alles was uitgeladen, was het compleet stil. Met stomheid stonden ze met z’n allen te kijken naar de uitgebreide set. De drummer wees naar een floortom, en gebaarde die weer in de auto te zetten. Zo geschiedde. Een vol geluid weerklonk in de auto, in driekwartsmaat. Een andere monteur pakte de tom weer uit de auto, en meteen was het weer stil.
Omdat iedereen compleet flabbergasted naar het uitgestalde drumstel staarde, hadden ze niet gemerkt dat de jonge agente achter ze was komen staan. Ze had een gitaar omgehangen, en begon zachtjes te spelen maar ging al snel harder, en nog harder, en nog harder. Alle mannen bevroren, behalve de drummer. Hij draaide zich naar haar om, en op dat moment begon het drumstel weer te spelen. De agente lachte en wees, terwijl ze doorspeelde, met de hals van de gitaar richting de auto.
Toen ze wegreden, gleed er een immens grote paddenstoelvormige wolk voor de zon. Het deed denken aan een nucleaire ontploffing. Het begon zwart gruis te regenen. De agente bleef echter hard doorspelen, en ze lachte nog steeds naar de drummer. Hij gaf flink gas, om zo snel mogelijk weg te komen, van het politiebureau, het magische drumstel, de wolk. Harder, harder, harder. Weg van hier.