over        index        theorie      webshop

Klompendans  [english]

Ik kreeg wat vragen over Klompenman. Bijvoorbeeld - en dat was meteen de meest prangende: hoe liep het af?

Het liep nog niet af, en even verwijs ik dan naar het verhaal Flat: situatie 1, waarin Klompenman voor het eerst op Radio Klotestad ten tonele komt. Maar ook in latere verhalen zal Klompenman waarschijnlijk onbesproken blijven, terwijl hij op de één of andere manier altijd wel op de achtergrond aanwezig bleef.

Wie is Klompenman? En is het wel dezelfde persoon? Zou het kunnen dat Klompenman in feite meerdere personen is?

Voor wie het niet meer precies weet, een kleine geheugenopfrisser: ik woonde nog maar kort in de flat, was net bevallen van mijn zoontje, of er begon iemand bij me aan te bellen – op afstand, vanaf het bellenpaneel onderin de flat. Als ik dan de intercom opnam, hoorde ik soms iemand ademen, maar nooit werd er iets gezegd. Daarna hoorde ik iemand op klompen weglopen, beneden door het gebouw, tot ergens onder mijn woning de klompen stopten en er muziek van de Simple Minds werd opgezet: altijd hetzelfde nummer Don’t You (Forget About Me).

Ook probeerde waarschijnlijk dezelfde persoon een afspraakje te regelen met me, op een akelige plek ver van de flat, en ging een vriend voor me op onderzoek uit, helaas zonder resultaat.
In 1989 kreeg ik door toedoen van een vriendelijke medewerker van Bureau Huisvesting een ander huis, in een buurt die ook niet zo goed bekend stond, maar door de renovatie van een groot aantal woningen, en een iets veranderde samenstelling van bewoners daardoor, hoopte men de buurt wat op te knappen.
Dolblij was ik met het huis, het had zowaar een achtertuin (hoewel het meer de buurtdumpplaats bleek geweest te zijn, maar met gedoe kwam ook dat wel weer goed).

Toen na een paar maanden iedereen goed en wel in de huizen woonde, bleek de man die ik ervan verdacht Klompenman te zijn (witte man, liep op klompen, en in de lift staarde hij me akelig aan) een aantal huizen verderop te zijn komen wonen, met zijn vrouw en dochter. Ik had niet heel veel contact met ze, dat probeerde ik dus ook zoveel mogelijk te vermijden. Zijn vrouw was wel aardig, we maakten soms een praatje. Maar altijd bleef ik die klompendans in mijn achterhoofd houden.

Soms werd er bij me aangebeld, ‘s nachts.
Nooit kon ik achterhalen wie dat was.
Soms werd ik telefonisch lastiggevallen. Ik vroeg de PTT (zo heette dat toen nog gezellig ouderwets) om een onderzoek in te stellen, dat ook nogal vreemde voeten in de aarde had – de man die mijn casus onder zijn hoede had, zei een keer dat ik misschien wat betere vrienden moest kiezen… waarop ik een klacht in moest dienen, en een dame mijn zaak overnam, en excuses moest aanbieden namens die klootzak. Ook weer een verhaal op zich.

Om te kunnen achterhalen wie mij belde, moest ik iedere keer nadat ik zo’n telefoontje had gehad, een code intoetsen. Dat lukte me 1 of 2 keer, maar soms werd ik ook ‘s nachts gebeld, en GOD WAT VERRASSEND wist ik de code niet in mijn halfslaap. Uiteindelijk hadden ze toch wel iemand in de smiezen, maar ze mochten vanwege de privacyregels mij niet vertellen wie dat was.
Ze zouden die persoon op de hoogte brengen van hun bevindingen, en aangeven dat die persoon mij niet meer mocht lastigvallen.

U begrijpt: dat is vrij lastig te verteren, als je dat niet verteld wordt. In principe zou het iedereren kunnen zijn. Dat is geen erg prettige gedachte om mee te moeten leven.
Ik kreeg ook een nieuw, geheim, telefoonnummer. Binnen de kortste keren werd ik weer gebeld, nu door een ex van de vorige nummer-eigenaresse, die ik van gezicht wel kende. Weird. Hij was wel eerlijk tegen me, en vertelde me wie hij was, dus ik kon hem ook uitleggen dat ik niet haar was en dus gebeurde dat maar een paar keer. Later kwam ik er achter dat hij inmiddels gestorven was.

Na verloop van tijd kreeg ik toch weer vreemde telefoontjes. Ik nam een antwoordapparaat. Dan voelde het wat veiliger.
In die tijd begon mijn aversie tegen telefoneren. Mede door dreigende ambtenaren, boze hulpverleners en mensen die steeds vaker met een afgeschermd nummer gingen bellen. Dat hielp allemaal niet erg. Ook voor je vertrouwen in de mensheid is het niet heel fijn. Is het iemand die je kent? Ik geef mijn telefoonnummer nooit aan onbekenden. Een vroegere vriend vertelde me op een gegeven moment, dat hij ook wel eens gebeld werd. En vroeg mij toen, of ik dat soms was… Ik was flabbergasted, waarom zou ik hem lastig vallen? Zijn theorie was nogal vreemd: omdat ik zelf werd lastiggevallen, zou ik denken dat hij dat misschien was, en dan hem gaan lastig vallen.
Waardoor ik daarna enigszins het idee was, dat hij misschien degene was die door de PTT op de vingers was getikt.

Anyway: Klompenman, hij liep soms langs mijn huis, niet vaak. Ik heb nooit meer een vreemd briefje gekregen. Dus het liep zo ongeveer met een sisser af, zou je zeggen.
Of was hij de beller? Geweest? Geworden?

In 2004 ging ik over naar mobiele telefoon, mijn landlijn zegde ik op, want ik had geen geld voor beide. En dan was ik meteen af van alle idioterie.
Natuurlijk was dat van korte duur.
Vrij snel kreeg ik toch weer vreemde telefoontjes. Het was niet heel vaak, en altijd met een afgeschermd nummer. Er werd niets gezegd, soms hoorde ik iemand ademen… het leek me niet de typische hijger, die ik op de landlijn wel eens had gehad. Wat ik ook zei of deed, er werd niets teruggezegd.

Op een zaterdagavond werd ik gebeld. Een mij onbekend nummer, ik nam op. Er werd niets gezegd, weer. Ik vroeg natuurlijk wie het was, ik hoorde iemands adem, maar geen antwoord; ik hoorde wel wat geluiden op de achtergrond, die ik niet kon thuisbrengen.
Dus zocht ik het nummer op, en het bleek een snackbar in Zaandam, in de nabijheid van het toen nog bestaande poppodium De Kade.
Het was me een compleet raadsel. Wie van de mensen die mijn nummer had, ging naar een concert in Zaandam, en belde mij dan, zonder iets te zeggen, vanuit een snackbar? Ik kon niemand bedenken. Of iedereen. Ik besloot terug te bellen.
De snackbarman nam op. Ik legde kort de situatie uit, en vroeg of hij me kon vertellen wie er net met hun telefoon gebeld had. Toen ontstond er een vreemd gesprek. Hij bleef maar zeggen dat hij mij niet gebeld had. Dus legde ik uit: maar misschien was het iemand anders, die van uw telefoon gebruik maakte? Zijn antwoord bleef: ik heb u niet gebeld. Hij had wel wat anders te doen, en hing uiteindelijk op.

In de jaren daarna ben ik nog eens gebeld vanuit een worstenfabriek in Gelderland, een industriële bakkerij, en nog zo wat gekkigheid, dat ik het idee had dat de lone beller iets in de snackindustrie te doen had. Langzamerhand kregen de telefoontjes van spammers en phishers steeds meer de overhand, en verdween de Snackman van het toneel. Misschien is-ie overleden. Of zijn baan kwijt. De vreemde interesse verloren.

Sindsdien neem ik bijna nooit meer de telefoon op als het nummer niet herkend wordt of is afgeschermd. Jammer voor het UWV, en voor u misschien? Ik heb geen idee.

terug naar boven

DateTime: 2023 maart 31, 15:01 CET
Auteur: Mulder

Tags:
 buren 
 deurbel 
 flat 
 internet 
 intimidatie 
 klompen 
 misogynie 

© 2023 hannah celsius